Zaden bevinden zich altijd achter of onder een bloem, of daar waar een bloem heeft gebloeid.
Kies de beste planten voor de oogst van zaden (gezond, groeikrachtig, rijk bloeiend)
Oogst bij voorkeur geen zaden van F1-hybriden want nakomelingen zullen niet hetzelfde zijn
Zorg dat een ras niet heeft kunnen kruisen met een ander ras met bijvoorbeeld een andere bloemkleur (houd voldoende afstand tussen 2 rassen)
Oogst zaden rijp, of in ieder geval zo rijp mogelijk
Laat geoogst zaden op een luchtige, droge en warme plaats in huis drogen
Verpak en label de zaden en bewaar ze op een donkere, koele en droge plaats in huis.
Breng je overschot naar de zadenbib.
Kleine, donkere, naaldvormige zaden
Uitgebreide uitleg:
AFRIKAANTJES
Laat de bloemen volledig uitbloeien en verdorren: Wacht tot de bloemblaadjes van de afrikaantjes helemaal bruin en droog zijn. De bloemhoofdjes zullen er dan een beetje 'verfrommeld' uitzien.
Knip de droge bloemhoofdjes af: Gebruik een scherpe schaar of snoeischaar om de volledig droge bloemhoofdjes van de stengel te knippen.
Verzamel de bloemhoofdjes: Leg de afgeknipt bloemhoofdjes op een vel papier, een schaal of een doek op een droge en goed geventileerde plaats om nog even na te drogen (een paar dagen tot een week).
Haal de zaden uit de bloemhoofdjes: De zaden van afrikaantjes bevinden zich aan de basis van de verwelkte bloemblaadjes. Je kunt de droge bloemblaadjes voorzichtig los wrikken en de kleine, donkere, naaldvormige zaden eruit trekken. Soms zitten ze nog vast aan een klein, pluizig uiteinde.
Verwijder het kaf: Er kan wat gedroogd bloemmateriaal (kaf) tussen de zaden zitten. Je kunt dit voorzichtig met de hand verwijderen. Het pluizige uiteinde van de zaden kun je eventueel laten zitten.
Laat de zaden goed drogen: Spreid de verzamelde zaden nog een paar dagen uit op een droge plaats om er zeker van te zijn dat ze volledig droog zijn. Dit voorkomt schimmelvorming.
Bewaar de zaden: Bewaar de droge zaden in een luchtdichte verpakking (bijvoorbeeld een papieren zakje, een envelop of een glazen potje) op een koele, donkere en droge plaats. Vergeet niet het zakje of potje te labelen met de naam van de plant (en eventueel de kleur, als je verschillende afrikaantjes hebt) en de oogstdatum.
Voor soortechte nakomelingen kun je het beste zaden verzamelen van niet-hybride (open-bestoven) afrikaantjes.
Laat de bloemen volledig uitbloeien en verdorren: Wacht tot de bloemblaadjes van de afrikaantjes helemaal bruin en droog zijn. De bloemhoofdjes zullen er dan een beetje 'verfrommeld' uitzien.
Knip de droge bloemhoofdjes af: Gebruik een scherpe schaar of snoeischaar om de volledig droge bloemhoofdjes van de stengel te knippen.
Verzamel de bloemhoofdjes: Leg de afgeknipt bloemhoofdjes op een vel papier, een schaal of een doek op een droge en goed geventileerde plaats om nog even na te drogen (een paar dagen tot een week).
Haal de zaden uit de bloemhoofdjes: De zaden van afrikaantjes bevinden zich aan de basis van de verwelkte bloemblaadjes. Je kunt de droge bloemblaadjes voorzichtig los wrikken en de kleine, donkere, naaldvormige zaden eruit trekken. Soms zitten ze nog vast aan een klein, pluizig uiteinde.
Verwijder het kaf: Er kan wat gedroogd bloemmateriaal (kaf) tussen de zaden zitten. Je kunt dit voorzichtig met de hand verwijderen. Het pluizige uiteinde van de zaden kun je eventueel laten zitten.
Laat de zaden goed drogen: Spreid de verzamelde zaden nog een paar dagen uit op een droge plaats om er zeker van te zijn dat ze volledig droog zijn. Dit voorkomt schimmelvorming.
Bewaar de zaden: Bewaar de droge zaden in een luchtdichte verpakking (bijvoorbeeld een papieren zakje, een envelop of een glazen potje) op een koele, donkere en droge plaats. Vergeet niet het zakje of potje te labelen met de naam van de plant (en eventueel de kleur, als je verschillende afrikaantjes hebt) en de oogstdatum.
Voor soortechte nakomelingen kun je het beste zaden verzamelen van niet-hybride (open-bestoven) afrikaantjes.
De zaden zijn kleine donkere bolletjes.
Uitgebreide uitleg:
Wacht tot de zaaddozen rijp en droog zijn: Na de bloei vormen zich karakteristieke, opstaande zaaddozen. Deze lijken een beetje op kleine lantaarntjes of hoorntjes. Laat ze aan de plant zitten tot ze volledig droog en bruin zijn en de topjes beginnen open te splijten.
Knip de droge zaaddozen af: Gebruik een scherpe schaar of snoeischaar om de droge zaaddozen voorzichtig van de plant te knippen. Doe dit voordat de zaden volledig loslaten, anders verlies je ze.
Verzamel de zaaddozen: Leg de afgeknipt zaaddozen op een vel papier, een schaal of een doek op een droge en goed geventileerde plaats om verder te drogen.
Open de zaaddozen: Na een paar dagen zullen de zaaddozen verder open splijten. Je kunt ze ook voorzichtig openbreken met je vingers.
Verwijder de zaden: Schud de kleine, zwarte, glanzende zaden voorzichtig uit de open zaaddozen boven het papier of de schaal. Ze zijn vrij klein en kunnen gemakkelijk wegrollen.
Verwijder het kaf: Er kan wat droog plantmateriaal (kaf) tussen de zaden zitten. Dit kun je voorzichtig wegblazen of met de hand verwijderen.
Laat de zaden goed drogen: Spreid de verzamelde zaden nog een paar dagen uit op een droge plaats om er zeker van te zijn dat ze volledig droog zijn voordat je ze opbergt.
Bewaar de zaden: Bewaar de droge zaden in een luchtdichte verpakking (bijvoorbeeld een papieren zakje, een envelop of een glazen potje) op een koele, donkere en droge plaats. Vergeet niet het zakje of potje te labelen met de naam van de plant (en eventueel de kleur, als je verschillende akeleiën hebt) en de oogstdatum.
Akelei staat erom bekend dat ze gemakkelijk kruisen. Als je verschillende kleuren of soorten akelei in je tuin hebt, is de kans groot dat de zaden die je wint hybriden zijn en volgend jaar planten met verrassende kleuren of vormen kunnen geven. Als je de exacte kleur van de ouderplant wilt behouden, is het lastiger om zaden te winnen, tenzij je de bloemen isoleert om kruisbestuiving te voorkomen.
De zaden bevinden zich in het centrale, pluizige deel van de uitgebloeide bloem. Dit deel moet volledig droog zijn en een beetje wollig of pluizig aanvoelen. De individuele zaadjes zijn vaak klein en hebben soms een klein 'haarkuifje' (zaadpluis) dat helpt bij de windverspreiding.
Uitgebreide uitleg:
De aster is een prachtige najaarsbloeier met veel verschillende vormen en kleuren. Het winnen van de zaden is over het algemeen goed te doen, maar het kan per soort iets verschillen in grootte en vorm van de zaadjes. Hier is een algemene beschrijving:
Laat de bloemhoofdjes volledig uitbloeien en de bloemblaadjes verwelken en verdorren: Wacht tot de kleurrijke bloemblaadjes van de aster helemaal zijn verwelkt en bruin en droog aanvoelen. Het centrale deel van de bloem zal er dan pluizig uitzien.
Wacht tot het centrale deel van de bloem droog en de zaden rijp zijn: De zaden bevinden zich in het centrale, pluizige deel van de uitgebloeide bloem. Dit deel moet volledig droog zijn en een beetje wollig of pluizig aanvoelen. De individuele zaadjes zijn vaak klein en hebben soms een klein 'haarkuifje' (zaadpluis) dat helpt bij de windverspreiding.
Knip de droge bloemhoofdjes af: Gebruik een scherpe schaar om de volledig droge bloemhoofdjes van de stengel te knippen.
Verzamel de bloemhoofdjes op een droge ondergrond: Leg de afgeknipt bloemhoofdjes op een vel papier, een schaal of een doek op een droge en goed geventileerde plaats om nog even na te drogen (een paar dagen).
Haal de zaden uit de bloemhoofdjes: De zaden van de aster zitten vast in het pluizige hart van de uitgebloeide bloem. Je kunt de droge bloemhoofdjes boven het papier of de schaal houden en ze voorzichtig openbreken of met je vingers over het centrale deel wrijven. De zaden zullen loskomen, vaak samen met wat zaadpluis.
Verwijder het kaf: Er zal waarschijnlijk wat droog bloemmateriaal (kaf en zaadpluis) tussen de zaden zitten. Dit kun je voorzichtig wegblazen of met de hand verwijderen. Een fijne zeef kan helpen om het grovere kaf te scheiden, maar het fijne zaadpluis is lastiger te verwijderen. Dit hoeft ook niet per se, het kan de kieming niet altijd beïnvloeden.
Laat de zaden goed drogen: Spreid de verzamelde zaden nog een dag of twee uit op een droge plaats om er zeker van te zijn dat ze volledig droog zijn voordat je ze opbergt.
Bewaar de zaden: Bewaar de droge zaden in een luchtdichte verpakking (bijvoorbeeld een papieren zakje, een envelop of een glazen potje) op een koele, donkere en droge plaats. Vergeet niet het zakje te labelen met de naam van de aster (en eventueel de kleur, als je verschillende hebt) en de oogstdatum.
Het kan handig zijn om verschillende asterbloemhoofdjes tegelijk te oogsten, omdat de zaadproductie per bloem kan variëren. Veel succes met het oogsten van je asterzaden!
kleine, donkere zaden
Uitgebreide uitleg:
Brandkruid (Phlomis) is een interessante plant met opvallende, etagegewijs geplaatste bloemen en later decoratieve zaaddozen.
Wacht tot de bloemen zijn uitgebloeid en de zaaddozen zich vormen en drogen: Na de bloei ontstaan er kleine, vaak bolvormige zaaddozen op de plekken waar de bloemen zaten. Deze zaaddozen zullen van groen naar bruin verkleuren en volledig droog worden. Ze kunnen een beetje houtachtig aanvoelen.
Knip de droge zaadstengels af: Gebruik een scherpe schaar of snoeischaar om de droge stengels met de zaaddozen eraan af te knippen.
Verzamel de zaadstengels op een droge ondergrond: Leg de afgeknipt stengels op een vel papier, een schaal of een doek op een droge en goed geventileerde plaats om verder te drogen (enkele dagen tot een week).
Verwijder de zaaddozen van de stengels: Als de stengels en zaaddozen goed droog zijn, kun je de individuele zaaddozen van de stengel afbreken of afritsen. Gebruik eventueel handschoenen voor de stekels!
Open de zaaddozen om de zaden te bevrijden: De zaaddozen van brandkruid bevatten kleine, donkere zaden. Je kunt de droge zaaddozen voorzichtig openbreken met je vingers of ze tussen je vingers rollen om de zaden eruit te laten vallen.
Verwijder het kaf: Er kan wat droog materiaal van de zaaddozen tussen de zaden zitten. Dit kun je voorzichtig wegblazen of met de hand verwijderen. Een grove zeef kan ook helpen.
Laat de zaden goed drogen: Spreid de verzamelde zaden nog een dag of twee uit op een droge plaats om er zeker van te zijn dat ze volledig droog zijn voordat je ze opbergt.
Bewaar de zaden: Bewaar de droge zaden in een luchtdichte verpakking (bijvoorbeeld een papieren zakje, een envelop of een glazen potje) op een koele, donkere en droge plaats. Vergeet niet het zakje te labelen met de naam van de plant en de oogstdatum.
Brandkruid is een robuuste plant, en het verzamelen van de zaden is meestal niet ingewikkeld, maar kan wel pijnlijk zijn zonders handschoenen.
Het is een tweejarig tot kortlevende vaste plant die zich vlot uitzaait en gemakkelijk verwilderd.
Na de bloei komen er kleine (mini) donkere zaden (splitvrucht) in de diep gedeelde klokvormige vruchtkelk.
De zaden zijn zeer kortlevend (korter dan één jaar).
Uitgebreide uitleg:
Ah, het lieflijke bosvergeet-mij-nietje! Hier is hoe je de zaden ervan kunt winnen:
Wacht tot de bloemen verwelken en kleine, bolvormige zaaddozen verschijnen: Na de blauwe bloei vormen zich kleine, groene, bolvormige zaaddozen langs de stengel.
Laat de zaaddozen rijp en bruin worden: De zaaddozen zullen geleidelijk aan droger en bruiner van kleur worden. Ze zijn rijp wanneer ze gemakkelijk loslaten van de stengel als je ze aanraakt.
Knip de droge stengels met zaaddozen af: Gebruik een scherpe schaar om de droge stengels met de bruine zaaddozen af te knippen.
Verzamel de stengels: Leg de afgeknipt stengels op een vel papier, een schaal of een doek op een droge en goed geventileerde plaats om verder te drogen.
Laat de zaaddozen openbarsten of wrijf ze open: Na een paar dagen drogen zullen sommige zaaddozen vanzelf openbarsten en de kleine, zwarte zaden loslaten. Je kunt de overige zaaddozen voorzichtig tussen je vingers wrijven om de zaden eruit te krijgen.
Verzamel de zaden: De zaden zijn klein en zwart. Zorg ervoor dat je ze goed opvangt op het papier of de schaal.
Verwijder eventueel grof plantmateriaal: Er kan wat gedroogd stengelmateriaal of andere resten tussen de zaden zitten. Dit kun je voorzichtig met de hand verwijderen.
Laat de zaden goed drogen: Spreid de verzamelde zaden nog een dag of twee uit op een droge plaats om er zeker van te zijn dat ze volledig droog zijn.
Bewaar de zaden: Bewaar de droge zaden in een luchtdichte verpakking (bijvoorbeeld een papieren zakje, een envelop of een glazen potje) op een koele, donkere en droge plaats. Vergeet niet het zakje of potje te labelen met de naam van de plant en de oogstdatum.
Bosvergeet-mij-nietjes zaaien zichzelf ook gemakkelijk uit, dus je zult waarschijnlijk volgend jaar weer nieuwe plantjes zien verschijnen, zelfs als je niet alle zaden verzamelt!
Welke plant staat er nu op je verlanglijstje om te 'oogsten'?
De zaden zijn ongeveer 2 centimeter lange, bijna zwarte langwerpige stokjes.
Uitgebreide uitleg:
Wacht tot de bloemhoofdjes volledig zijn uitgebloeid en de bloemblaadjes verwelken en bruin worden: De bloemblaadjes zullen hun kleur verliezen en er droog en verschrompeld uitzien. Het centrale deel van de bloem (het zaadhoofdje) zal dikker worden.
Controleer de rijpheid van de zaadjes: Het centrale deel van de bloem zal bruin en droog aanvoelen. Je kunt voorzichtig een paar zaadjes testen door ze eruit te trekken. Ze moeten donker van kleur en stevig zijn. De zaadjes van cosmea zijn lang en dun, vaak met kleine 'haakjes' aan het uiteinde.
Knip de droge bloemhoofdjes af: Gebruik een scherpe schaar of snoeischaar om de volledig droge bloemhoofdjes van de stengel te knippen.
Verzamel de bloemhoofdjes: Leg de afgeknipt bloemhoofdjes op een vel papier, een schaal of een doek op een droge en goed geventileerde plaats om nog even na te drogen (een paar dagen tot een week).
Haal de zaden uit de bloemhoofdjes: De zaden zitten in het centrale deel van de bloem. Je kunt de droge bloemhoofdjes voorzichtig openbreken of tussen je vingers wrijven om de lange, dunne zaden los te maken. Soms blijven ze een beetje aan het droge bloemmateriaal vastzitten.
Verwijder het kaf: Er zal waarschijnlijk wat gedroogd bloemmateriaal (kaf) tussen de zaden zitten. Je kunt dit voorzichtig met de hand verwijderen. De lange, dunne vorm van de cosmeazaden maakt het soms wat lastiger om ze volledig van het kaf te scheiden.
Laat de zaden goed drogen: Spreid de verzamelde zaden nog een paar dagen uit op een droge plaats om er zeker van te zijn dat ze volledig droog zijn.
Bewaar de zaden: Bewaar de droge zaden in een luchtdichte verpakking (bijvoorbeeld een papieren zakje, een envelop of een glazen potje) op een koele, donkere en droge plaats. Vergeet niet het zakje of potje te labelen met de naam van de plant (en eventueel de kleur, als je verschillende cosmea's hebt) en de oogstdatum.
Cosmea kan ook gemakkelijk kruisen, dus als je verschillende kleuren hebt, kunnen de zaden het volgende jaar verrassende resultaten geven!
De zaden zijn meestal plat en donker.
Uitgebreide uitleg:
Dahlia's zijn knolgewassen en worden meestal vermeerderd door de knollen te scheuren of door stekken te nemen. Het winnen van zaden is ook mogelijk, maar het is goed om te weten dat dahlia's hybriden zijn, wat betekent dat de zaden die je oogst mogelijk niet dezelfde eigenschappen (kleur, vorm, hoogte van de plant) zullen hebben als de ouderplant. Het kan een verrassing zijn wat eruit komt! Als je het toch wilt proberen, hier is hoe je dahliazaad kunt winnen:
Laat de bloemen volledig uitbloeien en de bloemblaadjes verwelken en bruin worden: Wacht tot de bloemblaadjes van de dahlia volledig zijn verdord en bruin en droog aanvoelen. Het centrale deel van de bloem zal opzwellen.
Wacht tot het centrale deel van de bloem droog en bruin wordt: Dit centrale deel bevat de zaden. Het moet volledig droog en bruin worden en een beetje hard aanvoelen.
Knip de droge bloemhoofdjes af: Gebruik een scherpe schaar om de volledig droge bloemhoofdjes van de stengel te knippen.
Verzamel de bloemhoofdjes op een droge ondergrond: Leg de afgeknipt bloemhoofdjes op een vel papier, een schaal of een doek op een droge en goed geventileerde plaats om nog even na te drogen (een paar dagen tot een week).
Haal de zaden uit de bloemhoofdjes: De zaden van de dahlia bevinden zich in het centrale deel van de uitgebloeide bloem. Je kunt de droge bloemhoofdjes boven het papier of de schaal houden en ze voorzichtig openbreken of met je vingers over het centrale deel wrijven. De zaden zijn meestal plat en donker. Soms zitten ze nog een beetje vast en moet je ze er voorzichtig uit peuteren.
Verwijder het kaf: Er zal waarschijnlijk wat droog bloemmateriaal (kaf) tussen de zaden zitten. Dit kun je voorzichtig wegblazen of met de hand verwijderen.
Laat de zaden goed drogen: Spreid de verzamelde zaden nog een paar dagen uit op een droge plaats om er zeker van te zijn dat ze volledig droog zijn voordat je ze opbergt.
Bewaar de zaden: Bewaar de droge dahliazaden in een luchtdichte verpakking (bijvoorbeeld een papieren zakje, een envelop of een glazen potje) op een koele, donkere en droge plaats. Vergeet niet het zakje te labelen met de naam 'Dahlia' en de oogstdatum.
Belangrijke opmerking: Zoals gezegd, de zaden van hybride dahlia's zullen waarschijnlijk niet dezelfde eigenschappen als de ouderplant voortbrengen. Het is een leuke manier om nieuwe en unieke dahlia's te kweken, maar verwacht geen exacte kopieën.
De donkerbruike zaden zijn plat en ovaal.
Uitgebreide uitleg:
Dille (Anethum graveolens) is een kruid dat niet alleen heerlijk smaakt, maar ook makkelijk zaden produceert. Hier is hoe je de dillezaden kunt winnen:
Laat de bloemschermen volledig uitbloeien en de zaden zich ontwikkelen: Dille produceert platte bloemschermen die bestaan uit vele kleine gele bloemetjes. Na de bloei zullen de bloemetjes verdwijnen en beginnen de zaden zich te vormen. De schermen zullen groen blijven en de zaden zullen plat en ovaal zijn.
Wacht tot de zaden rijp en bruin beginnen te worden: De zaden zijn rijp als ze van groen naar lichtbruin tot donkerbruin verkleuren. De hele bloemscherm zal ook bruiner en droger worden en de zaden zullen stevig aanvoelen. Je kunt voorzichtig een paar zaden tussen je vingers testen; ze moeten niet meer zacht zijn.
Knip de rijpe bloemschermen af: Gebruik een scherpe schaar om de rijpe, bruin wordende bloemschermen van de stengel te knippen. Het is het beste om dit te doen op een droge dag.
Verzamel de bloemschermen op een droge ondergrond: Leg de afgeknipt bloemschermen op een vel papier, een schaal of een doek op een droge en goed geventileerde plaats om verder te drogen (enkele dagen tot een week). Je kunt ze ook ondersteboven ophangen met een papieren zak eromheen om de vallende zaden op te vangen.
Oogst de zaden van de schermen: Als de schermen volledig droog zijn, kun je de zaden er gemakkelijk afschudden of -wrijven. Houd de schermen boven je opvangbak en wrijf zachtjes met je handen over de schermen. De platte zaden zullen loslaten.
Verwijder het kaf: Er zal wat droog plantmateriaal (kaf) tussen de zaden zitten. Je kunt dit voorzichtig wegblazen, zeven met een grove zeef of met je handen verwijderen.
Laat de zaden goed drogen: Spreid de verzamelde zaden nog een dag of twee uit op een droge plaats om er zeker van te zijn dat ze volledig droog zijn voordat je ze opbergt.
Bewaar de zaden: Bewaar de droge dillezaden in een luchtdichte verpakking (bijvoorbeeld een papieren zakje, een envelop of een glazen potje) op een koele, donkere en droge plaats. Vergeet niet het zakje te labelen met de naam 'Dille' en de oogstdatum.
Dillezaden hebben een heerlijke, anijsachtige geur en smaak. Ze zijn niet alleen handig om nieuwe dilleplanten te kweken, maar kunnen ook in de keuken gebruikt worden!
kleine, donkere, niervormige zaden
Uitgebreide uitleg:
De Drie-urenbloem (Hibiscus trionum) is een charmante, delicate bloem die inderdaad maar een korte tijd bloeit (vandaar de naam). Maar gelukkig produceert ze wel zaden die je kunt oogsten. Hier is hoe je dat doet:
Wacht tot de bloemen zijn uitgebloeid en de zaaddozen zich vormen: Na de prachtige, vaak crèmekleurige of gele bloei met een donker hart, zullen er kleine, ballonachtige zaaddozen achterblijven. Deze zijn aanvankelijk groen en zacht.
Laat de zaaddozen volledig rijp worden en drogen: De zaaddozen zullen geleidelijk bruin verkleuren en papierachtig en droog aanvoelen. Ze zullen ook wat groter en meer opgeblazen lijken.
Knip de droge zaaddozen voorzichtig af: Gebruik een scherpe schaar om de volledig droge zaaddozen van de stengel te knippen. Ze zitten vaak aan dunne steeltjes.
Verzamel de zaaddozen op een droge ondergrond: Leg de afgeknipt zaaddozen op een vel papier, een schaal of een doek op een droge en goed geventileerde plaats om verder te drogen (een paar dagen).
Open de zaaddozen om de zaden te bevrijden: De droge zaaddozen zijn vrij makkelijk open te breken. Je kunt ze voorzichtig tussen je vingers pletten of openen. Binnenin vind je kleine, donkere, niervormige zaden.
Verwijder het kaf: Er kan wat droog, papierachtig materiaal van de zaaddozen tussen de zaden zitten. Dit kun je voorzichtig wegblazen of met de hand verwijderen.
Laat de zaden goed drogen: Spreid de verzamelde zaden nog een dag of twee uit op een droge plaats om er zeker van te zijn dat ze volledig droog zijn voordat je ze opbergt.
Bewaar de zaden: Bewaar de droge zaden in een luchtdichte verpakking (bijvoorbeeld een papieren zakje, een envelop of een glazen potje) op een koele, donkere en droge plaats. Vergeet niet het zakje te labelen met de naam van de plant en de oogstdatum.
De Drie-urenbloem is een leuke toevoeging aan de tuin, en het verzamelen van de zaden is een eenvoudige manier om deze delicate schoonheid te behouden!
kleine, donkere zaden
Uitgebreide uitleg:
De dropplant (Agastache) is een geliefde plant bij bijen en heeft heerlijk geurende bladeren en bloemen.
Wacht tot de bloemaren volledig zijn uitgebloeid en de kleine bloemetjes verdord zijn: De lange, pluimachtige bloemaren zullen hun kleur verliezen en bruin en droog worden.
Voel of de zaadjes rijp zijn: Knijp voorzichtig in de droge bloemaren. Als je kleine, harde zaadjes voelt zitten, zijn ze waarschijnlijk rijp.
Knip de droge bloemaren af: Gebruik een scherpe schaar om de volledig droge bloemaren van de stengel te knippen.
Verzamel de bloemaren op een droge ondergrond: Leg de afgeknipt bloemaren op een vel papier, een schaal of een doek op een droge en goed geventileerde plaats om verder te drogen (enkele dagen).
Wrijf de zaden uit de bloemaren: Houd de droge bloemaren boven je opvangbak en wrijf zachtjes met je vingers langs de aren. De kleine, donkere zaden zullen loslaten. Je kunt de aren ook tussen je handpalmen rollen.
Verwijder het kaf: Er zal wat droog, fijn materiaal van de bloemaren tussen de zaden zitten. Dit kun je voorzichtig wegblazen. Een fijne zeef kan helpen om het grovere materiaal te scheiden. Het kleinere kaf kan lastiger te verwijderen zijn, maar dit is vaak niet problematisch voor de kieming.
Laat de zaden goed drogen: Spreid de verzamelde zaden nog een dag of twee uit op een droge plaats om er zeker van te zijn dat ze volledig droog zijn voordat je ze opbergt.
Bewaar de zaden: Bewaar de droge dropplantzaden in een luchtdichte verpakking (bijvoorbeeld een papieren zakje, een envelop of een glazen potje) op een koele, donkere en droge plaats. Vergeet niet het zakje te labelen met de naam 'Dropplant' (en eventueel de soort of cultivar) en de oogstdatum.
Dropplantzaden zijn vrij klein, dus wees geduldig bij het oogsten en schoonmaken. Je beloning is een voorraad van deze heerlijk geurende plant voor het volgende seizoen!
De kleine, donkere zaden met hun karakteristieke 'kroontjes'
Uitgebreide uitleg:
Duifkruid (Scabiosa)! Deze charmante bloemen met hun speldenkussenachtige hart zijn geliefd bij vlinders en bijen.
Wacht tot de bloemhoofdjes volledig zijn uitgebloeid en de bloemblaadjes zijn verdord: Na de bloei zullen de bloemblaadjes verwelken en het centrale deel van de bloem zal opzwellen en de zaden beginnen te vormen.
Laat de zaadhoofdjes volledig rijp en droog worden: De zaadhoofdjes zullen bruin verkleuren en droog aanvoelen. Ze kunnen een beetje stekelig of borstelig lijken. De individuele zaden hebben vaak kleine 'kroontjes' of haartjes.
Knip de droge zaadhoofdjes af: Gebruik een scherpe schaar om de volledig droge zaadhoofdjes van de stengel te knippen.
Verzamel de zaadhoofdjes op een droge ondergrond: Leg de afgeknipt zaadhoofdjes op een vel papier, een schaal of een doek op een droge en goed geventileerde plaats om nog even na te drogen (een paar dagen).
Haal de zaden uit de zaadhoofdjes: Houd de droge zaadhoofdjes boven je opvangbak en wrijf of schud ze voorzichtig. De kleine, donkere zaden met hun karakteristieke 'kroontjes' zullen loskomen.
Verwijder het kaf: Er zal waarschijnlijk wat droog bloemmateriaal (kaf) tussen de zaden zitten. Dit kun je voorzichtig wegblazen of met de hand verwijderen. De 'kroontjes' aan de zaden kunnen het lastiger maken om al het fijne kaf te verwijderen.
Laat de zaden goed drogen: Spreid de verzamelde zaden nog een dag of twee uit op een droge plaats om er zeker van te zijn dat ze volledig droog zijn voordat je ze opbergt.
Bewaar de zaden: Bewaar de droge duifkruidzaden in een luchtdichte verpakking (bijvoorbeeld een papieren zakje, een envelop of een glazen potje) op een koele, donkere en droge plaats. Vergeet niet het zakje te labelen met de naam van de plant (en eventueel de soort of kleur) en de oogstdatum.
Duifkruid is een waardevolle plant voor de biodiversiteit in je tuin, en het is fijn om de zaden te kunnen bewaren voor het volgende jaar!
Bruine zaaddozen met kleine, zwarte, platte zaden
Uitgebreide uitleg:
Wacht tot de bloemen volledig zijn uitgebloeid en de zaaddozen zich vormen en opzwellen: Na de bloei ontwikkelen zich kleine, cilindervormige zaaddozen op de stelen.
Laat de zaaddozen rijp en droog worden: De zaaddozen zullen veranderen van groen naar lichtbruin en beginnen droog aan te voelen. Je kunt zien dat ze bijna openbarsten aan de bovenkant.
Knip de droge zaaddozen af: Gebruik een scherpe schaar om de droge zaaddozen voorzichtig van de stengel te knippen, net voordat ze volledig openspringen en de zaden verliezen.
Verzamel de zaaddozen: Leg de afgeknipt zaaddozen op een vel papier, een schaal of een doek op een droge en goed geventileerde plaats om verder te drogen.
Open de zaaddozen: Na een paar dagen drogen zullen de zaaddozen verder opensplijten. Je kunt ze ook voorzichtig openbreken met je vingers.
Verwijder de zaden: Schud de kleine, zwarte, platte zaden voorzichtig uit de open zaaddozen boven het papier of de schaal.
Verwijder het kaf: Er kan wat droog plantmateriaal (kaf) tussen de zaden zitten. Dit kun je voorzichtig wegblazen of met de hand verwijderen.
Laat de zaden goed drogen: Spreid de verzamelde zaden nog een dag of twee uit op een droge plaats om er zeker van te zijn dat ze volledig droog zijn.
Bewaar de zaden: Bewaar de droge zaden in een luchtdichte verpakking (bijvoorbeeld een papieren zakje, een envelop of een glazen potje) op een koele, donkere en droge plaats. Vergeet niet het zakje of potje te labelen met de naam van de plant (en eventueel de kleurmix, als je die hebt) en de oogstdatum.
Duizendschoon is tweejarig, wat betekent dat de plant in het eerste jaar bladeren vormt en in het tweede jaar bloeit en zaden produceert. De zaden die je nu wint, kun je volgend jaar zaaien voor bloei in het daaropvolgende jaar.
De zaden zijn onregelmatig gevormde bobbelige halve maantjes. Het echte zaadjes bevindt zich in het halve maantje
Wacht tot de zaden volledig dor en droog zijn voor je ze oogst.
Uitgebreide uitleg:
Laat de bloemhoofdjes volledig uitbloeien en de bloemblaadjes verwelken: Wacht tot de felgekleurde bloemblaadjes van de goudsbloem beginnen te verdorren en bruin te worden. De bloemhoofdjes zullen er dan niet meer zo fris uitzien.
Zoek naar de zaadvorming in het hart van de bloem: Na de bloei begint het hart van de bloem op te zwellen en vormen zich de zaden. Deze zien er vaak uit als kleine, gekrulde 'haakjes' of 'wormpjes'.
Wacht tot de zaden bruin en droog zijn: De zaden zijn rijp als ze een bruine tot donkerbruine kleur hebben en droog aanvoelen. Je kunt ze voorzichtig aanraken om te controleren of ze stevig zijn.
Knip de droge bloemhoofdjes af: Gebruik een scherpe schaar of snoeischaar om de volledig droge bloemhoofdjes van de stengel te knippen.
Verzamel de bloemhoofdjes: Leg de afgeknipt bloemhoofdjes op een vel papier, een schaal of een doek op een droge en goed geventileerde plaats om nog even na te drogen (een paar dagen).
Haal de zaden uit de bloemhoofdjes: De zaden bevinden zich in het centrum van het uitgedroogde haakje. Dit is een tijdrovende klus en voor eigengebruik kan je het haakje met het zaadje erin opnieuw zaaien. Anders:
Verwijder het kaf: Dit kun je voorzichtig wegblazen of met de hand verwijderen.
Laat de zaden goed drogen: Spreid de verzamelde zaden nog een paar dagen uit op een droge plaats om er zeker van te zijn dat ze volledig droog zijn voordat je ze opbergt.
Bewaar de zaden: Bewaar de droge zaden in een luchtdichte verpakking (bijvoorbeeld een papieren zakje, een envelop of een glazen potje) op een koele, donkere en droge plaats. Vergeet niet het zakje of potje te labelen met de naam van de plant en de oogstdatum.
Goudsbloemzaden zijn vrij groot en makkelijk te hanteren, dus het winnen ervan is meestal niet zo lastig!
Het is een overblijvende lentebloeier. In tegenstelling tot stengelloze en slanke sleutelbloem komt hij later op het jaar tot bloei (april-mei).
Bloeit met gele bloemen die een oranjebruine uitstralende streepjes hebben.
De zaden zijn erg klein en zwart
Uitgebreide uitleg:
Het winnen van zaden van deze vrolijke voorjaarsbloeier vereist wat geduld, omdat de zaaddozen klein zijn.
Wacht tot de bloemen zijn uitgebloeid en de zaaddozen zich vormen: Na de heldergele bloei zullen kleine, ronde of ovale zaaddozen zich ontwikkelen op de plek waar de bloemen zaten.
Laat de zaaddozen volledig rijp worden en bruin verkleuren: Het is belangrijk om te wachten tot de zaaddozen volledig droog en bruin zijn. Ze kunnen een beetje leerachtig aanvoelen.
Knip de droge zaaddozen voorzichtig af: Gebruik een fijne schaar om de droge zaaddozen voorzichtig van de stengel te knippen. Ze zitten vaak in een soort 'bekertje' (de overblijfselen van de bloemkelk).
Verzamel de zaaddozen op een droge ondergrond: Leg de afgeknipt zaaddozen op een vel papier, een schaal of een doek op een droge en goed geventileerde plaats.
Open de zaaddozen om de kleine, zwarte zaden te bevrijden: De zaaddozen zullen vanzelf openbarsten als ze helemaal droog zijn, maar soms moet je ze een handje helpen. Je kunt ze voorzichtig openbreken met je vingers of ze zachtjes over het papier rollen. De zaden zijn erg klein en zwart.
Scheid de zaden van het kaf (indien nodig): Er kan wat fijn, droog materiaal van de zaaddozen tussen de zaden zitten. Door voorzichtig te blazen of de zaden over een glad oppervlak te laten rollen, kun je proberen het grofste kaf te verwijderen. Vanwege de kleine omvang van de zaden is een fijne zeef hier lastig te gebruiken.
Laat de zaden nog even nadrogen: Spreid de verzamelde zaden nog een dag of twee uit op een droge plaats om er zeker van te zijn dat ze volledig droog zijn.
Bewaar de zaden zorgvuldig: Bewaar de droge zaden in een klein, luchtdicht zakje of potje op een koele, donkere en droge plaats. Vergeet niet het zakje te labelen met de naam van de plant en de oogstdatum.
Het oogsten van gulden sleutelbloemzaadjes vergt wat meer precisie vanwege hun kleine formaat, maar het is zeker de moeite waard als je deze vrolijke bloeiers wilt vermeerderen!
De zaden (de kleine, niervormige, donkerbruine) bevinden zich in de platte, schijfvormige zaaddozen
Uitgebreide uitleg:
Heemst (Althaea officinalis) is een prachtige, statige plant met zachte, grijzig groene bladeren en mooie, lichtroze bloemen.
Wacht tot de bloemen zijn uitgebloeid en de kleine, schijfvormige zaaddozen zich vormen: Na de bloei zullen er kleine, platte, schijfvormige zaaddozen in een krans rond de stengel verschijnen, op de plek waar de bloemen zaten.
Laat de zaaddozen volledig rijp en droog worden: De zaaddozen zullen van groen naar bruin verkleuren en volledig droog en hard aanvoelen. Ze zullen ook gemakkelijk loslaten van de stengel als ze rijp zijn.
Knip de droge zaadstengels af: Gebruik een scherpe schaar om de droge stengels met de rijpe zaaddozen eraan af te knippen.
Verzamel de zaadstengels op een droge ondergrond: Leg de afgeknipt stengels op een vel papier, een schaal of een doek op een droge en goed geventileerde plaats om verder te drogen (enkele dagen).
Oogst de zaden uit de zaaddozen: De zaden bevinden zich in de platte, schijfvormige zaaddozen. Je kunt de droge zaaddozen voorzichtig openbreken of tussen je vingers wrijven om de kleine, niervormige, donkerbruine zaden te bevrijden. Soms vallen de zaden er vanzelf uit als de zaaddozen goed droog zijn.
Verwijder het kaf: Er kan wat droog materiaal van de zaaddozen tussen de zaden zitten. Dit kun je voorzichtig wegblazen of met de hand verwijderen.
Laat de zaden goed drogen: Spreid de verzamelde zaden nog een dag of twee uit op een droge plaats om er zeker van te zijn dat ze volledig droog zijn voordat je ze opbergt.
Bewaar de zaden: Bewaar de droge heemstzaden in een luchtdichte verpakking (bijvoorbeeld een papieren zakje, een envelop of een glazen potje) op een koele, donkere en droge plaats. Vergeet niet het zakje te labelen met de naam 'Heemst' en de oogstdatum.
Heemst is niet alleen mooi, maar heeft ook geneeskrachtige eigenschappen.
De zaden zien er bijzonder uit, ze zitten in ovale schijven die op penningen (munten) lijken, vandaar de naam Judaspenning.
Uitgebreide uitleg:
De judaspenning (Lunaria annua) is een bijzondere plant, en het oogsten van de zaden is ook net even anders dan bij de meeste andere bloemen, vanwege de opvallende zaaddozen. Hier is hoe je dat aanpakt:
Wacht tot de zaaddozen volledig rijp en droog zijn: De judaspenning staat bekend om zijn platte, zilverachtige zaaddozen. Wacht tot deze volledig zijn uitgedroogd en een doorschijnende, papierachtige textuur hebben. De buitenste schillen van de zaaddozen zullen bruin en los beginnen te laten.
Oogst de hele takken met de droge zaaddozen: Knip de hele stengels met de droge, zilverachtige zaaddozen af met een scherpe schaar of snoeischaar.
Verwijder de buitenste schillen van de zaaddozen: Boven een bak of een vel papier kun je nu voorzichtig de buitenste, bruine schillen van de zaaddozen afpellen. Hieronder komen de platte, zilverkleurige tussenschotjes tevoorschijn waar de zaden aan vastzitten.
Verwijder de zaden van het vlies: De zaden zijn plat, rond en bruin en zitten aan de binnenkant van het zilverkleurige vlies. Je kunt ze er voorzichtig afwrijven of los peuteren. Soms vallen ze er vanzelf uit als de zaaddozen goed droog zijn.
Verzamel de zaden: Zorg ervoor dat je alle losgekomen zaden opvangt.
Laat de zaden goed drogen (indien nodig): Als de zaden nog wat vochtig aanvoelen, kun je ze nog een dag of twee laten nadrogen op een droge plaats.
Bewaar de zaden: Bewaar de droge zaden in een luchtdichte verpakking (bijvoorbeeld een papieren zakje, een envelop of een glazen potje) op een koele, donkere en droge plaats. Vergeet niet het zakje te labelen met de naam van de plant en de oogstdatum.
Het leuke van de judaspenning is dat je de zilverachtige zaaddozen zelf ook als decoratie kunt bewaren!
De zaden zijn klein en zwart.
Uitgebreide uitleg:
Wacht tot de zaaddozen rijp zijn: Na de bloei vormen zich karakteristieke, bolvormige zaaddozen. Laat deze aan de plant zitten tot ze volledig droog en bruin zijn. Je kunt ze horen rammelen als je ze schudt.
Knip de droge zaaddozen af: Gebruik een scherpe schaar of snoeischaar om de droge zaaddozen voorzichtig van de plant te knippen.
Verzamel de zaaddozen: Leg de afgeknipt zaaddozen op een vel papier, een schaal of een doek op een droge en goed geventileerde plaats.
Open de zaaddozen: Na een paar dagen drogen de zaaddozen verder en beginnen ze open te springen of je kunt ze voorzichtig openbreken met je vingers.
Verwijder de zaden: Schud de zaden uit de open zaaddozen boven het papier of de schaal. De zaden zijn klein en zwart.
Verwijder het kaf: Er kan wat droog plantmateriaal (kaf) tussen de zaden zitten. Je kunt dit voorzichtig wegblazen of zeven met een fijne zeef.
Laat de zaden goed drogen: Spreid de verzamelde zaden nog een paar dagen uit op een droge plaats om er zeker van te zijn dat ze volledig droog zijn. Dit voorkomt schimmelvorming.
Deze zaden zijn kleine witte papierachtige ‘parapluutjes’ met wat ‘stekeltjes’ eraan .
Uitgebreide uitleg:
Deze vrolijke, margrietachtige bloemen met hun vaak tweekleurige bloemblaadjes (rood met geel) produceren ook zaden. Hier is hoe je ze kunt winnen:
Laat de bloemhoofdjes volledig uitbloeien en de bloemblaadjes verwelken: Wacht tot de kleurrijke bloemblaadjes van de kokarde helemaal zijn verdord en bruin beginnen te worden. Het centrale deel van de bloem zal er dan pluizig of stekelig uitzien.
Wacht tot het centrale deel van de bloem droog en borstelig is: Dit centrale deel bevat de zaden. Het moet volledig droog en een beetje stekelig of pluizig aanvoelen. De individuele zaadjes hebben vaak een klein 'kroontje' of haakje.
Knip de droge bloemhoofdjes af: Gebruik een scherpe schaar of snoeischaar om de volledig droge bloemhoofdjes van de stengel te knippen.
Verzamel de bloemhoofdjes op een droge ondergrond: Leg de afgeknipt bloemhoofdjes op een vel papier, een schaal of een doek op een droge en goed geventileerde plaats om nog even na te drogen (een paar dagen).
Haal de zaden uit de bloemhoofdjes: De zaden van de kokarde zitten vast in het borstelige hart van de uitgebloeide bloem. Je kunt de droge bloemhoofdjes boven het papier of de schaal houden en ze voorzichtig openbreken of met je vingers over het centrale deel wrijven. De zaden zullen loskomen. Ze zijn meestal klein en donker met een klein 'kroontje' of haakje eraan.
Verwijder het kaf: Er zal waarschijnlijk wat droog bloemmateriaal (kaf) tussen de zaden zitten. Dit kun je voorzichtig wegblazen of met de hand verwijderen. Vanwege de vorm van de zaden kan het lastiger zijn om al het kaf te verwijderen.
Laat de zaden goed drogen: Spreid de verzamelde zaden nog een dag of twee uit op een droge plaats om er zeker van te zijn dat ze volledig droog zijn voordat je ze opbergt.
Bewaar de zaden: Bewaar de droge zaden in een luchtdichte verpakking (bijvoorbeeld een papieren zakje, een envelop of een glazen potje) op een koele, donkere en droge plaats. Vergeet niet het zakje te labelen met de naam van de plant en de oogstdatum.
De 'kroontjes' of haakjes aan de kokardezaden helpen ze zich te verspreiden in de natuur, maar kunnen het schoonmaken soms wat lastiger maken. Wees geduldig!
De zaaddozen zijn rijp als ze van groen naar geelbruin verkleuren en beginnen uit te drogen.
Uitgebreide uitleg:
De Oost-Indische kers (Tropaeolum) is een dankbare plant die niet alleen prachtig bloeit, maar ook eetbare bloemen en bladeren heeft én makkelijk zaden produceert. Hier is hoe je de zaden kunt winnen:
Wacht tot de bloemen zijn uitgebloeid en de zaaddozen zich vormen: Na de opvallende bloei zullen er groene, geribbelde zaaddozen (lijken een beetje op kleine, onrijpe kappertjes) verschijnen aan de stelen.
Laat de zaaddozen volledig rijp worden en verkleuren: De zaaddozen zijn rijp als ze van groen naar geelbruin verkleuren en beginnen uit te drogen. Ze zullen ook steviger aanvoelen. Soms vallen ze vanzelf van de plant als ze helemaal rijp zijn.
Verzamel de rijpe zaaddozen: Pluk of knip de geelbruine, droge zaaddozen van de plant. Je kunt ze individueel verzamelen of de hele stelen met de zaaddozen afknippen.
Laat de zaaddozen nadrogen (optioneel): Als de zaaddozen nog wat vochtig aanvoelen, kun je ze nog een paar dagen laten nadrogen op een droge, goed geventileerde plaats.
Verwijder de zaden uit de zaaddozen: De rijpe zaaddozen bevatten meestal drie ronde, geribbelde zaden. Je kunt de droge zaaddozen voorzichtig openbreken met je vingers om de zaden eruit te halen. Soms zijn de zaden al losgekomen in de zaaddoos.
Verwijder eventueel vliesjes of ander grof materiaal: Er kan wat droog vlies of ander grof materiaal rond de zaden zitten. Dit kun je met de hand verwijderen.
Laat de zaden goed drogen: Spreid de verzamelde zaden nog een dag of twee uit op een droge plaats om er zeker van te zijn dat ze volledig droog zijn voordat je ze opbergt. Dit is belangrijk om schimmel te voorkomen.
Bewaar de zaden: Bewaar de droge zaden in een luchtdichte verpakking (bijvoorbeeld een papieren zakje, een envelop of een glazen potje) op een koele, donkere en droge plaats. Vergeet niet het zakje te labelen met de naam van de plant en de oogstdatum.
Oost-Indische kers is over het algemeen erg makkelijk om zaden van te winnen, en je krijgt vaak een flinke oogst!
De zaden van strobloemen zijn erg klein, in een gram zitten zo'n 1400 zaadjes. De zaadjes zijn mat beige-bruin en lijken op hele kleine stokjes en zitten in het centrale, pluizige deel. De strobloem is een eenjarig soort, dus in de lente zaaien betekent dat je gelijk de zomer van hetzelfde jaar bloemen ziet.
Uitgebreide uitleg:
De strobloem (Xerochrysum bracteatum, synoniem Helichrysum bracteatum) is prachtig en behoudt zijn vorm en kleur als hij gedroogd is. Ook de zaden winnen is goed te doen.
Laat de bloemhoofdjes volledig uitbloeien en de 'bloemblaadjes' (schutbladeren) droog en papierachtig worden: De felgekleurde schutbladeren zullen hun glans verliezen en droog en knisperig aanvoelen, net als papier. Het centrale deel van de bloem zal er wat pluizig uitzien.
Wacht tot het centrale deel van de bloem droog en de zaden rijp zijn: De zaden bevinden zich in het centrale, pluizige deel van de bloem. Ze zijn rijp als dit deel volledig droog is en de individuele zaadjes donker van kleur zijn.
Knip de droge bloemhoofdjes af: Gebruik een scherpe schaar om de volledig droge bloemhoofdjes van de stengel te knippen.
Verzamel de bloemhoofdjes op een droge ondergrond: Leg de afgeknipt bloemhoofdjes op een vel papier, een schaal of een doek op een droge en goed geventileerde plaats om nog even na te drogen (een paar dagen).
Haal de zaden uit de bloemhoofdjes: De zaden van de strobloem zijn klein en zitten in het centrale, pluizige deel. Je kunt de droge bloemhoofdjes boven het papier of de schaal houden en ze voorzichtig openbreken of met je vingers over het centrale deel wrijven. De zaden zullen loskomen. Ze zijn meestal klein en donker, soms met een klein 'pluisje' eraan.
Verwijder het kaf: Er zal waarschijnlijk wat droog bloemmateriaal (kaf en pluisjes) tussen de zaden zitten. Dit kun je voorzichtig wegblazen of met de hand verwijderen. Een fijne zeef kan hier ook handig zijn.
Laat de zaden goed drogen: Spreid de verzamelde zaden nog een dag of twee uit op een droge plaats om er zeker van te zijn dat ze volledig droog zijn voordat je ze opbergt.
Bewaar de zaden: Bewaar de droge zaden in een luchtdichte verpakking (bijvoorbeeld een papieren zakje, een envelop of een glazen potje) op een koele, donkere en droge plaats. Vergeet niet het zakje te labelen met de naam van de plant en de oogstdatum.
Strobloemzaden zijn vrij klein, dus je moet misschien wat geduld hebben bij het schoonmaken. Maar het is zeker de moeite waard om deze prachtige, houdbare bloemen te vermeerderen!
De zaden bevinden zich vaak aan de basis van de bloemblaadjes of in het centrale deel van het bloemhoofdje. Ze kunnen eruitzien als kleine, platte, donkere of lichtgekleurde 'schilfertjes'.
Uitgebreide uitleg:
Laat de bloemen volledig uitbloeien en verdorren: Wacht tot de bloemblaadjes van de zinnia volledig zijn verwelkt en bruin en droog aanvoelen. De bloemhoofdjes zullen er dan wat 'rommelig' uitzien.
Knip de droge bloemhoofdjes af: Gebruik een scherpe schaar of snoeischaar om de volledig droge bloemhoofdjes van de stengel te knippen.
Verzamel de bloemhoofdjes: Leg de afgeknipt bloemhoofdjes op een vel papier, een schaal of een doek op een droge en goed geventileerde plaats om nog even na te drogen (een paar dagen tot een week).
Haal de zaden uit de bloemhoofdjes: Er zijn verschillende manieren om de zaden te verzamelen:
Wrijven: Wrijf de droge bloemhoofdjes tussen je vingers boven het papier of de schaal. De zaden zullen loskomen.
Uitschudden: Breek de bloemhoofdjes open en schud de zaden eruit.
Pellen: Trek de afzonderlijke, gedroogde bloemblaadjes en de basis van de bloemhoofdjes voorzichtig uit elkaar om de zaden te vinden. De zaden bevinden zich vaak aan de basis van de bloemblaadjes of in het centrale deel van het bloemhoofdje. Ze kunnen eruitzien als kleine, platte, donkere of lichtgekleurde 'schilfertjes'.
Verwijder het kaf: Er zal waarschijnlijk wat gedroogd bloemmateriaal (kaf) tussen de zaden zitten. Je kunt dit voorzichtig wegblazen, zeven met een grove zeef of met de hand zo goed mogelijk verwijderen.
Laat de zaden goed drogen: Spreid de verzamelde zaden nog een paar dagen uit op een droge plaats om er zeker van te zijn dat ze volledig droog zijn. Dit voorkomt schimmelvorming.
Bewaar de zaden: Bewaar de droge zaden in een luchtdichte verpakking (bijvoorbeeld een papieren zakje, een envelop of een glazen potje) op een koele, donkere en droge plaats. Vergeet niet het zakje of potje te labelen met de naam van de plant (en eventueel de kleur, als je verschillende zinnia's hebt) en de oogstdatum.
Belangrijke opmerking voor hybride zinnia's: Als je zinnia's hybriden zijn (staat vaak op het zaadzakje), dan zullen de zaden die je wint mogelijk niet dezelfde eigenschappen hebben als de moederplant. Voor soortechte zaden kun je het beste zaden winnen van niet-hybride (open-bestoven) zinnia's.
De zaden zijn rijp als de achterkant van de bloemkop bruin is en de afzonderlijke zaden (pitten) er vol en donker uitzien.
Uitgebreide uitleg:
Wacht tot de bloemkop volledig is uitgebloeid en begint te hangen: De bloemblaadjes zullen verwelken en bruin worden, en de achterkant van de bloemkop wordt geel of bruin. De zaden beginnen zich te ontwikkelen en de bloemkop wordt zwaar.
Controleer de rijpheid van de zaden: De zaden zijn rijp als de achterkant van de bloemkop bruin is en de afzonderlijke zaden er vol en donker uitzien. Je kunt voorzichtig een paar zaden testen door ze eruit te wrijven. Ze moeten stevig zijn en niet melkachtig.
Bescherm de bloemhoofden (optioneel): Vogels zijn dol op zonnebloemzaden. Als je veel zaden wilt oogsten, kun je de rijpende bloemhoofden bedekken met een papieren zak of een stuk gaas. Zorg voor voldoende ventilatie om schimmel te voorkomen.
Knip de rijpe bloemhoofden af: Gebruik een scherp mes of snoeischaar om de rijpe bloemhoofden af te snijden, waarbij je een stuk van de steel laat zitten om ze makkelijker te hanteren.
Droog de bloemhoofden: Hang de bloemhoofden ondersteboven op een droge, goed geventileerde plaats (bijvoorbeeld een schuur of garage) of leg ze op een groot stuk papier of een doek met de zaadkant naar boven. Dit kan enkele weken duren. Zorg ervoor dat ze niet op elkaar liggen om schimmel te voorkomen.
Verwijder de zaden: Als de bloemhoofden volledig droog zijn, kun je de zaden er gemakkelijk uitwrijven met je vingers. Je kunt ook met een vork over de zaadschijf wrijven om de zaden los te maken.
Verwijder het kaf: Er kan wat droog bloemmateriaal (kaf) tussen de zaden zitten. Dit kun je met de hand verwijderen of voorzichtig wegblazen. Een grove zeef kan ook helpen.
Laat de zaden goed drogen: Spreid de verzamelde zaden nog een paar dagen uit op een droge plaats om er zeker van te zijn dat ze volledig droog zijn voordat je ze opbergt.